Betty Boop

De mooiste versie die ik vond was die van Irene Bordoni. Niet omdat de uitvoering (tweetalig Frans-Engels) nou zo goed is, maar omdat ze is ingebed in een tekenfilm uit de Fleischer Studios waarin Betty Boop een rol speelt. En verder omdat er een mooi voorbeeld van Follow the Bouncing Ball in voorkomt.

Louis Prima

Een oorlog later kwam Louis Prima. Ik weet nog niet zeker of we daar blij mee moeten zijn. Hij vond het een leuk liedje, al bleef in zijn versie niet veel over van de tango die het origineel was. En hij vond het ook weer niet zo leuk dat hij er een hele single aan wilde besteden. Daarom combineerde hij het met een ander lied: I Ain't Got Nobody (1915, van Roger Graham en Spencer Williams). Die versie nam hij twee keer op, in 1945 en in 1956. In het filmpje hieronder zie je die laatste in een hilarische opname. Let vooral op de zangeres.

Village People

Van de originele tekst, zelfs van de eerste Amerikaanse teksten bleef niet veel meer over. Vanaf nu ging het alleen nog over de eenzaamheid van de Eintänzer. Alle historische connotaties waren eruit gesloopt. Met deze versie gingen de Village People in 1979 aan de haal. Ze veranderden de maffe rock van Prima in niet te genieten disco. Toch knap hoe deze knullen van elk nummer dat ze onder handen namen bagger konden maken. Al is het dan wel weer grappig als de zanger ongeveer halverwege het gedrocht zegt: play the piano, boy en dat er dan meteen een trompetsolo begint.

David Lee Roth

Daarna was de versie van David Lee Roth natuurlijk best een verademing, al getuigt zijn video ook van een verregaande gestoordheid, maar dat hoorde er in de tachtiger jaren bij, geloof ik. De tekst kun je hier vinden. Hij is te lang en te vol van herhalingen om hem hier te plaatsen.

Film

Het gegeven van het lied heeft maar liefst drie keer tot een verfilming geleid. In 1930 onder de titel Der schöne arme Tanzleutnant (Duitsland), in 1931 Just a Gigolo (USA) en de tegenwoordig bekendste Schöner Gigolo, armer Gigolo van David Hemmings (Duitsland, 1978).

In deze film met all-star-bezetting is David Bowie de gigolo en zingt Marlene Dietrich (als Baroness von Semering) het lied op haar typische manier: Je kunt het nauwelijks nog zingen noemen, maar het blijft Dietrich, toen 71 jaar oud. Het was voor het eerst in 15 jaar dat ze nog eens in een film speelde en het was meteen haar allerlaatste film. Andere grootheden die in de film verschijnen zijn Kim Novak, Maria Schell en Curd Jürgens.

De kritieken op de film waren vernietigend. In het Lexikon des Internationalen Films vinden we de volgende omschrijving: Trotz des großen Budgets und des beachtlichen Staraufgebots ein inszenatorisches Desaster: Der Film verkommt zu einem konfusen, stillosen und banalen Spektakel, in dem sogar die teuren Schauwerte in allgemeiner Belanglosigkeit untergehen.

Lees hier over